top of page
Foto van schrijverKoen Mattheeuws

7 tips om te evalueren in corona-tijden

Bijgewerkt op: 16 jul. 2020

Uit onze vele contacten met het werkveld merken we dat leerkrachten volop nadenken over hoe ze leerlingen zullen #evalueren aan het einde van het schooljaar. We reiken hen vanuit onze onderzoekservaringen 7 tips aan.


door Koen Mattheeuws en Fauve De Backer


1. Koppel inzet aan context


Probeer zicht te krijgen op wat de leerling presteerde in de coronaperiode en schenk aandacht aan de omstandigheden waarin dit gebeurde. Wie geen eigen werkplek heeft en de enige laptop van het gezin moet delen (of geen computer heeft), staat voor een heel andere uitdaging dan wie een eigen kamer en laptop heeft.


We weten dat angst en onzekerheid dooddoeners zijn voor het leren. De optelsom van krappe behuizing, financiële zorgen en slecht geïnformeerd zijn, voedt de angstgevoelens enorm.


Studieomstandigheden, angst en onzekerheid kunnen we moeilijk meten. Maar we doen er goed aan rekening te houden met deze context, zeker als we de inzet van leerlingen evalueren. Laat ook meer doorwegen in je gesprekken met je leerlingen hoe zij zelf hun context ervaren. Breng mee in rekening hoe hun inzet was vóór corona, hoe ze toen presteerden.



2. Maak tijd voor persoonlijke gesprekken


Om rekening te kunnen houden met de context, zijn persoonlijke contacten met leerlingen erg belangrijk. Indien dat technisch lukt, probeer hier prioritair op in te zetten. Maak vooral tijd voor de persoonlijke aspecten en omstandigheden die het werken en leren bepalen. Heel wat leerlingen nemen in heel onnatuurlijke omstandigheden afscheid van een oma of opa. Sommige leerlingen voelen de angst die leeft bij hun ouders. Anderen hebben sterk te lijden onder de te krappe behuizing en missen hun sociale contacten. De (meeste?) leerlingen hebben nu meer dan ooit nood aan een luisterend oor en erkenning van hun situatie. Vertrouw erop dat begrip het leren op korte en lange termijn ten goede zal komen.

3. Benadruk nu het belang van werkhouding en zelfsturing

Maak duidelijk aan de leerlingen dat je hun #werkhouding wil opvolgen, en niet enkel beoordeelt op nieuwe leerstof. Vraag aan je leerlingen:

  • Toon hoe jij zelfstandig de dingen kunt aanpakken. 

  • Stel een eigen dagplanning op.

  • Maak een weekschema op waarin je jouw taken verdeelt, hou bij hoe goed het lukte om je aan die planning te houden. 


Dit zal geen eenvoudige opdracht zijn. In het begin zullen leerlingen hierin ondersteund en gecoacht moeten worden. Echter, door dit als expliciete opdracht te formuleren, geef je de leerlingen mee dat niet alleen de leerstof, kennis en fouten van tel zijn. Hoe goed of slecht de leerling zich nu kan handhaven, is even belangrijk. Daar mogen we leerlingen bewust van maken. Combineer deze tip met de vorige: bespreek dit ook tijdens de persoonlijke gesprekken.


Nog meer inspiratie vind je in het recente Klasse-artikel met Schoolmaker Jan Royackers



4. Breng capaciteiten in kaart voor elke leerling

Leerlingen waren wellicht niet (goed) voorbereid om onverwachts hun leerproces in eigen handen te nemen. Dat zorgt er misschien voor dat ze evaluaties met een zekere angst tegemoetzien. Laten we hen daarom eerst bevestigen en aanmoedigen in wat goed liep, waar ze in gegroeid zijn. Kernwoorden hier zijn: 


  • Zelfsturing en ondernemingszin 

  • Zelfredzaamheid

  • Omgaan met stress

  • Zin voor initiatief

  • Plannen en organiseren


Deze #competenties zullen bij vele leerlingen met een extra sprong vooruitgegaan zijn. Laat hen zelf aangeven welke stappen ze hierin hebben gezet via self-assessment ofwel #zelfevaluatie. Want onderzoek leert ons dat dit hun zelfregulerende vaardigheden aanscherpt. 


5. Stel scherp wat cruciale competenties zijn

Wat is absoluut noodzakelijk voor een leerling om te kunnen doorstromen? Waar situeren tekorten zich vooral? We houden hier een pleidooi om ‘breed’ te evalueren. Het gevaar bestaat immers dat je als leerkracht vooral (of erger: enkel) de leer- of vakgebieden die het hoogst staan op de hiërarchische (cognitieve) ladder evalueert. Combineer dit met tip 4: evalueer ook competenties die zelfsturing en self-assessment aantonen.


6. Kijk naar de korte termijn, maar wees bewust van de kansen op lange termijn

Door nu te veel op de korte termijn te kijken, bestaat de kans dat we het volledige leertraject uit het oog verliezen. Leerlingen die niet in een laatste graad zitten, hebben nog een aantal leerjaren voor de boeg. Dat moeten we goed voor ogen houden als we een ‘leerdip’ opmerken, of vaststellen dat bepaalde delen van de leerstof niet verwerkt zijn. Dat wil niet zeggen dat we álle tijd hebben, wél dat een spurt van twee trimesters op vlak van taal en wiskunde niet nodig is. Zo rest er nog ruimte voor vooruitgang in andere domeinen.


7. Houd de evaluatiecirkel intact

Hoe moeilijk het ook is, zorg dat het werk van de leerling terug bij de leerkracht geraakt én omgekeerd: de #feedback bij de leerling. Voor wie via papieren bundels werkt, is dat best een uitdagende klus. Sommige scholen vroegen al uitdrukkelijk toestemming aan de gemeente om werk te mogen ophalen. Dit werd toegekend als een essentiële verplaatsing. Dat zegt genoeg.  En nu? Doe de zelftest. Ga na in hoeverre je onze tips al in de praktijk brengt. Bekijk hoe je eventuele leemtes kunt aanpakken. En doe dit liefst met je teamgenoten.


Heb je interesse om als school op maat advies te krijgen in verband met evaluatie, neem contact op via KoenA.Mattheeuws@UGent.be.


 

KOEN MATTHEEUWS


Begeleider bij Steunpunt Diversiteit en Leren (UGent)


Koen Mattheeuws werkt als trainer en coach voor het onderwijs. Sinds 2013 ondersteunt hij scholen vanuit het Steunpunt Diversiteit en leren (UGENT).  Hij focust zich de laatste jaren op meertaligheid, evaluatiebeleid, inclusie, brede school en overgangsmomenten in het onderwijs. Als coach begeleidt hij steden en gemeenten, schoolteams en directieleden.



FAUVE DE BACKER


Onderzoeker bij Steunpunt Diversiteit en Leren (UGent)


Fauve De Backer is onderwijspedagoog en werkt sinds 2011 aan de Universiteit Gent. Ze werkte eerst als assistant National Project Manager op het PISA-project aan de vakgroep Onderwijskunde. Sinds 2013 werkte ze op het Steunpunt Diversiteit en Leren aan de onderzoeksprojecten Toolkit Breed Evalueren voor het Secundair Onderwijs en Meertaligheid Als Realiteit op School (MARS), beiden in opdracht van het Ministerie van Onderwijs en Vorming. Momenteel finaliseert ze haar doctoraat aan de vakgroep Taalkunde over evaluatie van meertalige leerlingen.



0 opmerkingen

Comentarios


bottom of page